donderdag 17 augustus 2017

Dag 19: Maandag 7 augustus 2017. Hope – Nikiski

Na het bijzondere diner dat de gastvrouw gisteren voor ons klaar had gemaakt, besluiten we om vanochtend hier ook te ontbijten. Het ontbijt moet bijzonder zijn want in het weekend zijn er 40 eters die rustig hun beurt afwachten tot er een plaatsje vrij is. Ook gasten uit nabij gelegen B&B’s komen hier eten. We snappen er helemaal niets van dat deze afgelegen locatie in een heel klein dorp mensen trekt. Vanochtend zijn we maar alleen, en dat geeft tijd om verder te kletsen met de eigenaresse en natuurlijk moeten we het gastenboek tekenen. Er is een uitgebreide ontbijtkaart en we kiezen voor eieren, hashbrown, toast en bacon. De eigenaresse geeft aan dat de bacon op is: haar man gaat vandaag naar de supermarkt 90 mijl (144 km) verderop, maar daar hebben wij nu niets aan dus vervangt ze de bacon door rendierworstjes. Ons hoor je niet klagen.

Daarna gaan we op pad. We rijden nog een klein rondje door het dorp dat welgeteld uit één galerie, één koffietentje, 2 café’s een paar huizen en een camping bestaat. Je kan hier schijnbaar goed vissen en verder is het een uitvalsbasis voor de inwoners van Anchorage en Girdwood. Voor hun is Hope the place to be. Wij snappen dit niet helemaal. We beginnen aan de Gull Rock Trail waar wat caches liggen. Het is een redelijk breed en goed begaanbaar pad en we besluiten in een stevig tempo te gaan wandelen want thuis willen we niet door de weegschaal geconfronteerd worden met het effect van de combinatie niet sporten en behoorlijk uitgebreid eten. Halverwege ligt er heel verse berenpoep midden op het pad (de foto zullen we jullie besparen) en ondanks de berenbel en berenspray besluiten we om te keren. De terugweg gaat onbewust in een nog steviger tempo.
We verlaten Hope en gaan via de Steward Highway en de Sterling Highway richting Soldotna. Onderweg is er niet veel te zien, maar gelukkig is er overal koffie. Soldotna, met een populatie van ongeveer 5000 personen, is een stuk groter dan we vooraf gedacht hadden. Het heeft alle grote supermarkten zoals Fred Meyer en Safeways en een grote Wallgreens. We slaan wat extra voorraad in en rijden door naar Nikiski, via Kenai. Onderweg zien we de uitkijkplatformen die uitzien over de delta van de Kenai River. Je zou er wild life kunnen zien, maar niet vandaag op onze reis. Na Kenai krijgen we een rustige 55 M/h weg naar Nikiski, soms ook Kenai North genoemd. We kijken wat vreemd op als we een benzinestation langs de weg zien, waarbij op het uithangbord de tekst staat: “Vanessa, daddy loves you”. Geen idee wat we er ons bij voor moeten stellen, maar er zit vast een heel verhaal achter. Dan rijden we opeens over de Maasvlakte, tussen de raffinaderijen van de belangrijkste Amerikaanse benzinemerken. Later lezen we dat die zich daar gevestigd hebben, nadat voor de kust olie werd gevonden.

Als we die voorbij zijn (no stopping or parking any time), wordt het rustiger en rijden we door het slaperige dorp Nikiski. Wij moeten nog iets verder door en vragen ons langzaam af, waar wij terecht zullen komen. Langs de weg staat het ene dichtgetimmerde huis naast het andere. Maar ons onderkomen blijkt de mooiste B&B te zijn die we deze vakantie zullen treffen. Onmiddellijk aan het Daniels Lake, luie stoelen overal, aanlegsteigertje met bootjes en een waterfiets, grote barbecue op het deck. De zon gaat er langzaam onder. Superaardige mensen en we hebben de benedenverdieping bijna voor ons alleen. De andere bewoonster is er bijna nooit, horen we. Wij klagen niet.

We gaan nog snel even boodschappen doen in Nikiski en maken uiteraard gebruik van de BBQ. We eten met uitzicht over het meer. Wat willen we nog meer?